Ik had de hele zaterdag gewerkt. Ze was veel bij me in de buurt, ruim 39 weken zwanger en aan het wachten tot haar bevalling zou gaan starten. Heel de dag zag ik niets wat erop wees dat ze zou gaan bevallen. We spraken wat met elkaar, ze rommelde wat in huis en liep wat heen en weer.
Ze zag er vreselijk tegenop om in het ziekenhuis te bevallen. Ze moest er niet aan denken om in die steriele omgeving een kindje op de wereld te zetten. Helaas had ze geen andere keuze. In het Babyhuis is er geen mogelijkheid om te bevallen en een andere plek was er ook niet.
Aan het einde van de dienst droeg ik de achterwacht over aan mijn collega. We hadden afgesproken dat ik misschien bij de bevalling zou zijn en daarom was ik elke dag buiten mijn dienst om wel alert, met mijn telefoon in de buurt.
Later in de avond ging de telefoon. Mijn collega belde me en gaf aan dat de vrouw regelmatig terugkerende weeën had en naar het ziekenhuis zou gaan. Vervoer was onderweg en ook zou er iemand bij de bevalling zijn. Ik kon dus thuis blijven, alles was geregeld en iedereen was op de hoogte.
Even later ging opnieuw de telefoon. Mijn collega belde me opnieuw en ik hoorde paniek in haar stem. ‘Ze is in het Babyhuis aan het bevallen!’ riep ze door de telefoon. Ze zou het niet meer gaan redden om naar het ziekenhuis te gaan, daar was het te laat voor. De bevalling was begonnen en zette heel snel door.
Ik luisterde naar mijn collega en antwoorde rustig: ‘Het komt wel goed, echt waar.’ Ik vroeg haar wat ik vanaf een afstand voor haar kon doen en deed dat wat ze van me vroeg.
Toen ik klaar was met bellen, dacht ik rustig na over de situatie. Er verscheen een glimlach op mijn gezicht. Een stukje verwondering ook en dankbaarheid.
Samen met deze moeder had ik in de weken ervoor gebeden voor haar bevalling en haar kindje. We hadden erover gepraat en ik wist hoe erg ze er tegen opzag om in het ziekenhuis te bevallen. Ik wist dat er menselijkerwijs gesproken geen andere optie zou zijn, dus ik kon ook geen andere oplossing bedenken dan te luisteren en te bidden.
En nu zou voor het eerst in de geschiedenis van het Babyhuis iemand thuis gaan bevallen. Nergens op voorbereid, geen spullen in huis. Maar het was goed. Het was bijzonder hoe het ging. De vrijwilligster die in huis was, studeerde voor verloskundige en kon haar helpen. Een moeder deed de deur open voor andere mensen die kwamen helpen.
In alle rust en vrede beviel ze van een gezonde dochter. Thuis. Zoals ze zo graag had gewenst, maar eigenlijk niet mogelijk was. Daarom verscheen er een glimlach op mijn gezicht. En daarom kon ik in alle rust mijn collega te woord staan en haar vanaf een afstand ondersteunen. Omdat ik wist dat het goed was, dat dit allang bedacht was. En dat bij God niets uit de hand zou lopen.
Toen ik deze moeder een paar dagen later ontmoette met haar kindje samen, rolden de tranen over mijn wangen. „Het is toch bijzonder hè”, zei ze tegen me. En dat was het zeker. Bijzonder en een wonder. Samen waren we stil. Verwonderd. Ik hield haar kindje vast. En samen dankten we voor deze bijzonder wonderlijke gebeurtenis.
beeld: Renate Bleijenberg-van Leeuwen
Abonneer je op Terdege magazine
Nu slechts 9,95 p/mnd