Dure marteling - Terdege

Dure marteling

Arien-TERD-_DSF1381_edited (1)

Vroeger, toen ik klein was en best lief, was mijn gebit mijn belangrijkste inkomstenbron. Losgekomen wiebeltanden legde ik voor het slapengaan op het orgel. De volgende dag was het melktandje verdwenen en was er op mysterieuze wijze 50 cent voor in de plaats gekomen.

De euro’s die ik door de jaren heen bij elkaar spaarde, waren na mijn 18e verjaardag bij het eerste controlebezoekje aan de tandarts al op. Ik staarde tien minuten met open mond naar het plafond. De man in de witte jas had, onderwijl gebarend naar de vrouw in de witte jas, gemopperd dat ik toch écht beter mijn tanden moest poetsen. Raadde het gebruik van een elektrische tandenborstel aan. Enkele jaren na de investering bleek toch een door spierkracht aangedreven schrobber beter te zijn.

Ook deze gure herfst was het weer tijd voor mijn halfjaarlijkse controle, die ik uit budgettair oogpunt niet iedere zes maanden laat plaatsvinden.

„Gebruik je floss en tandenstokers?” vraagt een allervriendelijkste tandarts glimlachend. Klaarblijkelijk is hij mijn vorige bezoekje, waarin ik hem duidelijk maakte geen prijs te stellen op tandenstokerpreken of flosscursussen, vergeten. „Ik poets iedere dag, tandarts”, reageer ik gedwee.

Dan het vertrouwde ritueel. Mond open, de lippen droog, nauwelijks kunnen slikken. Een vinger of zeven, acht, in het kauwgedeelte van mijn edele hoofd. De man in de witte jas mompelt naar de vrouw met de titel tandartsassistente een onverstaanbaar taaltje. In letters, cijfers en Latijn vertelt hij wat-ie ziet. En ik ben bijna blij dat mijn zorgverzekeraar hem daar goed voor beloont.

„Poets je je tandvlees ook?” wil hij dan weten. Ik weet wat hierna volgt.

De toelichting dat zich daar allerlei bacteriën huisvesten. Mijn huigje verdwijnt in een zee van bloed omdat meneer met een vlijmscherp stuk gereedschap het vlees tussen mijn tanden lekprikt.

De beste man vlakt nog even een kies af, schiet in mijn wang, excuseert zich en belooft dat het maar even pijn doet. Dan de standaardwaarschuwing dat-ie beginnende gaatjes heeft ontdekt. Dat zegt hij al zes jaar, denk ik, maar ik houd de kiezen, nu alleen spreekwoordelijk, op elkaar.

Terwijl ik overeind kom uit de stoel, houdt de tandenmeneer een ragertje voor mijn neus. Uit beleefdheid pak ik het aan. Het plastic ding kost me ook nog 6 euro, zie ik later. Op mijn netvlies verschijnen twaalf tandjes.

Volg ons lifestyle platform op instagram.