Wie de Bijbel leest, hoort de stem van de levende God. Dat besef ziet ds. W. Harinck ook onder reformatorische christenen afnemen. Niet in de eerste plaats door vragen bij het Schriftgezag, maar door achteloosheid. ”Het is geweldig belangrijk dat we levende Bijbels om ons heen hebben.”
Als hij terugdenkt aan zijn jeugd, overheerst bij ds. W. Harinck (60) de herinnering aan een leven bij het Woord. De Bijbellezing na de maaltijd was in het ouderlijk gezin van de predikant uit Moerkapelle een bijzonder moment. Niet alleen voor zijn vader, die in een gezin zonder Bijbel opgroeide, maar ook voor zijn moeder en opa Snoep, die vele jaren bij gezin inwoonde.
„Later ontdekte ik dat het in nogal wat gezinnen heel anders is. Bijbellezen lijkt daar niet meer dan iets wat erbij hoort. Dat is een gevaar dat ons allemaal bedreigt. We hebben dagelijks het besef nodig dat de Bijbel Gods mond is. Zijn spreken tot ons.”