Ook als je niets met trekkers hebt, kun je begrijpen wat er leuk aan is: de grote voertuigen boezemen een soort ontzag in. Grote wielen, grommende motoren, hoge cabines. Wie eenmaal met het trekkervirus is besmet, heeft er dan ook het liefst zelf een. Of, zoals Dirk-Jan van Dam (17) het zegt: „Sommige mensen houden van wandelen en fietsen, wij duiken ’s avonds de schuur in om te sleutelen.”