Op Vliegbasis Volkel sleutelt een groep enthousiastelingen aan een legendarisch vliegtuig, de F-104 Starfighter. „Taxiën? Waarom ga je er niet mee vliegen?”
In een uithoek van de Vliegbasis Volkel in Noord-Brabant staat een Duitse hangaar uit de Tweede Wereldoorlog. Vuistdikke muren met daarop een lichtgewicht dak. „Als er hier in de oorlog bommen vielen, vloog het dak eraf, maar bleven de muren staan. De Duitsers veegden de stukken bij elkaar en legden er een nieuw dak op”, zegt Hans van der Werf over die tijd. De hangaar staat nu op de monumentenlijst.
Van der Werf knipt het licht aan. Daar staan ze dan: een F-104 Starfighter en een F-16 Fighting Falcon. Iconen uit de geschiedenis van de Koninklijke Luchtmacht. Het ene vliegtuig rank en slank, het andere toch wat hoekiger. De J-616 wordt ontdaan van alles en staat straks ergens op een paal te pronken. De D-8114 wordt juist aangekleed en wil hogerop. „Alles wat kan werken, werkt.” Gaat-ie ooit nog vliegen? Van der Werf, politiek: „Het antwoord op die vraag zou ja kunnen zijn.”
Fokker
De Starfighter is een bijzonder vliegtuig. Nu nog steeds, maar dat is het al helemaal in 1952 als de beroemde Lockheed-ontwerper Clarence L. ‘Kelly’ Johnson met de XF-104 op de proppen komt. Een revolutionair concept. Compleet anders dan alle andere jachtvliegtuigen.
Van de Lockheed F-104G Starfighter schaft de luchtmacht er 138 aan. Ze worden bij Fokker op Schiphol in elkaar gezet. Eind 1962 rollen de eerste twee Nederlandse toestellen van de productielijn. De straaljager kan zowel defensieve, offensieve als verkenningstaken uitvoeren. Op Volkel wordt de Starfighter tijdens de Koude Oorlog ingezet als tactische bommenwerper. Overigens zijn de verkoopmethoden van fabrikant Lockheed niet altijd even fris, wat in Nederland leidt tot de Lockheed-affaire en prins Bernhard zijn militaire uniform kost.
Vliegende kogel
De Starfighter is bij de luchtmacht nooit operationeel ingezet. Op misschien één keer na. De treinkaping bij De Punt in Drenthe werd in juni 1977 beëindigd door mariniers waarbij zes Starfighters met oorverdovend brullende naverbranders schijnaanvallen op de trein uitvoerden. Een van de Starfighterpiloten toen was Dick Berlijn, de latere bevelhebber van de Koninklijke Luchtmacht.
In november 1984 leek het voorbij. Met het overvliegen van de D-8258 sloot de Koninklijke Luchtmacht het hoofdstuk F-104G Starfighter. De ”vliegende kogel” was dik twintig jaar in dienst geweest van de luchtmacht en werd vervangen door de F-16. Een paar afgedankte toestellen verdwenen naar musea of werden aangemerkt als poortwachter bij een vliegbasis. De rest viel ten prooi aan de slopershamer. Nooit zou er meer een Starfighter in Nederland vliegen. Totdat een groep enthousiastelingen, verenigd in de club “Historische Vliegtuigen Volkel” (HVV), in 2004 het plan opvatte om het legendarische toestel letterlijk van de grond te tillen. “Het was de bedoeling om er uiteindelijk mee te kunnen taxiën”, vertelt Hans van der Werf. “Totdat de commandant van de vliegbasis tegen ons zei: “Taxiën? Waarom ga je er niet mee vliegen?”
Lees het hele artikel in Terdege (nr. 4, 14 november 2023).
beeld: Niek Stam