Halsoverkop zijn Lennart (28) en Jasmijn (26) Blokland-Kunst nog geen twee maanden geleden getrouwd. Midden in coronatijd nog wel. Lennart is namelijk ernstig ziek. Toch kijkt het stel uit Hardinxveld-Giessendam terug op een prachtige bruiloft.
Hij heeft al eens eerder hodgkin gehad. Twee keer zelfs. In 2017 begon het. Toen kende Lennart Jasmijn nog niet.
In februari 2020 –het stel had net een paar maanden verkering– kwam de ziekte echter in volle hevigheid terug. Lennart: „Achteraf gezien speelde het al langer. Ik was al een tijd heel moe en vaak niet lekker. Ik heb bloed laten prikken, maar daar kwam niks uit. Uiteindelijk werd het duidelijk toen een ader zichtbaar kwam opzetten in mijn nek.” Een tijd van intensieve kuren volgde, waarbij Jasmijn zo veel mogelijk aan zijn zijde bleef. Jasmijn: „En tot slot een stamceltransplantatie, om de laatste zware chemokuur te kunnen overleven. Dat was best wel heftig. Daarna ging het gelukkig al snel goed met Lennart. Ik weet nog dat we een dagje naar de dierentuin gingen en dat hij zo fit was als een hoentje. Zo kende ik hem nog niet. Ik dacht: nu gaat het zo goed, nu moet de kanker wel weg zijn.” Lennart: „Na zo’n behandeling is de kans ook groter dat het wegblijft dan dat het weer terugkeert.”
Drastische verandering
Het stel maakt weer plannen. Samen kopen ze een huis. In Sint Philipsland, dicht bij de familie van Jasmijn. Omdat de sleuteloverdracht in 2021 gepland staat, verloven ze zich vast. Het idee: rond juni 2021 in het huwelijk treden.
Die plannen veranderen drastisch als in september de hodgkin onverwacht terugkeert. Lennart: „Ik moest naar het ziekenhuis voor een scan, ter controle. Daar was veel onduidelijkheid over. Ze zagen iets, maar wisten niet of dat nu restmassa, littekenweefsel of de ziekte zelf was. Na twee maanden zou ik weer een scan moeten ondergaan, maar toen zat er alweer een bult in mijn nek. Uit een biopsie bleek dat de hodgkin terug was.”
Omdat dit de derde keer is dat Lennart met de ziekte te maken krijgt, verandert de behandeling. Jasmijn: „Ze zeiden dat hij een allogene stamceltransplantatie moet ondergaan. Dat is nog veel heftiger dan het behandeltraject van februari. Het herstel daarvan duurt een halfjaar tot een jaar.” Lennart: „En de risico’s zijn groter.” Jasmijn: „Je wordt heel kwetsbaar, omdat je weerstand weg is. Ook kun je te maken krijgen met afstoting van de donorcellen, waardoor organen aangetast kunnen worden. Er is zelfs een kans van 15 procent dat je het niet overleeft.”
Ze besluiten te trouwen. Jasmijn: „Want we wilden zo veel mogelijk tijd samen hebben. Lennart: „Plus: je weet dat er weer een periode van zorg aankomt.” Jasmijn: „We weten niet hoe je eruitkomt, of je herstelt en hoe, en of we nog samen kunnen zijn. Dat zijn de belangrijkste redenen om eerder te trouwen.”
Toch moet Jasmijn even slikken vanwege de vaart waarin alles verloopt. „Ik had me er nog helemaal niet op ingesteld om nu al te trouwen en schrok me eerst een hoedje toen Lennart zei dat hij het gemeentehuis wilde bellen. Ik moest het even laten bezinken.”
Maar ze is snel overstag. In vier weken tijd zetten ze een plan op poten voor de grote dag. Het wordt 27 oktober. Jasmijn: „Want dan zit Lennart aan het einde van een driewekelijkse immunotherapie en voelt hij zich het beste.” Afspraken maken gaat vlot. Lennart: „Voor ons was het eigenlijk een geluk dat de tweede coronagolf uitbrak. Veel stellen zegden om die reden hun bruiloft af.” De kerk, het gemeentehuis, een feestlocatie: alles is zo geregeld. Ze hebben dan net een jaar verkering. Jasmijn: „Maar we kenden elkaar ook daarvoor al.” Lennart: „Jasmijn en ik hebben een behoorlijk verschillende achtergrond, ook kerkelijk. We hebben voordat we een relatie kregen veel met elkaar besproken.” Jasmijn: „En de ziekte van Lennart doet ook iets met je relatie. Verschillen vallen weg en andere dingen worden belangrijker.”
Ze trouwen op een dinsdag, in aanwezigheid van een klein groepje naaste familieleden. Jasmijn: „Ik had van tevoren op Zalando zitten kijken voor een witte jurk. Maar mijn zus had als verrassing een afspraak weten te regelen bij een bruidsboetiek. Superleuk natuurlijk. Ook het pak, de fotograaf, de bloemen en de mooie auto kregen we nog snel geregeld. Als we onze situatie uitlegden, opende dat vaak deuren.”
Toch krijgen ook zij te maken met lastige situaties vanwege het coronavirus. Jasmijn: „Een week voor onze bruiloft ging de horeca dicht en konden we dus niet meer bij ons restaurant terecht. Toen appte de organist dat hij corona had. De zaterdag van tevoren moesten we van trouwambtenaar wisselen, omdat die corona had gekregen. En een dag van tevoren stuurde de kapper een berichtje omdat ze verkouden was. Allemaal hielpen ze ons een vervanger te vinden, gelukkig.” Wat betreft hun feestlocatie: veel unieker kun je het niet krijgen. Jasmijn: „We mochten gebruikmaken van de trouwbus van De Duikenburg.” Lennart: „Een oude Crown Star. Als hij 80 reed, leek het alsof je in een vliegtuig zat qua herrie.” Jasmijn: „We waren het eerste stel dat daarin z’n bruiloft hield. Met die bus, waarin wij en onze ouders zaten, zijn we langs onze 25 daggasten gegaan. Er reed een busje voorop dat taart en koffie rondbracht. Wij arriveerden even later met een cadeautje. En iedereen kreeg een borrelbox met hapjes.”
Ze hebben genoten van hun grote dag. „In de bus was er via een groot scherm een Zoommeeting met de daggasten, zodat we virtueel met elkaar konden borrelen. Onderweg zijn we een paar keer gestopt, onder andere voor het diner dat ter plekke in een ander busje was klaargemaakt. Ik zei tegen Lennart: Ook zonder corona had ik zo’n bruiloft misschien wel leuker gevonden.”
Inmiddels is het stel al bijna twee maanden getrouwd. Het gaat goed met hen, al laat de gezondheid van Lennart natuurlijk te wensen over.
Goed aangeslagen
Lennart: „We hebben vorige maand te horen gekregen dat de medicijnen van de voorbehandelingen goed aangeslagen zijn. Ook is er een donor gevonden voor de allogene stamceltransplantatie. Nu is het alleen nog afwachten of deze donor ook daadwerkelijk kan doneren.” Jasmijn: „Een donor mag zelf geen kanker hebben gehad, of ook maar allergisch zijn. De criteria voor stamceldonatie zijn heel streng.” Lennart: „We willen daarover nog iets zeggen, hè?” Jasmijn: „We zouden iedereen willen vragen te overwegen of stamceldonatie misschien iets voor u of jou is. Er is een grote wereldwijde database voor donateurs, maar er zijn ook veel mensen die wachten op donorstamcellen. Het is moeilijk om een match te vinden. En als donor is het niet lastig om je in te schrijven, zie daarvoor Stichting Matchis. Het komt erop neer dat je een wattenstaafje door je mond moet halen en opsturen. De kans dat je vervolgens ooit opgeroepen wordt om te doneren, is 2 procent.” Lennart: „Dan moet je drie of vier uur op een stoel zitten om bloed te filteren. Maar je redt er wel levens mee.”
Er wacht hun een spannende tijd. Jasmijn: „De kans dat Lennart na de allogene stamceltransplantatie blijvend geneest, is 60 procent. De transplantatie zelf is heel ingrijpend. Hij krijgt eigenlijk een compleet nieuw immuunsysteem en begint weer blanco als het gaat om alle ziekten.” Lennart: „Ik mag straks nog geen zwart plekje van een banaan eten.” Jasmijn: „En alle groenten moeten goed doorgekookt worden.” Lennart: „Als je geen weerstand hebt, kan elk virus fataal zijn.”
Of ze zich erg zorgen maken? Lennart: „Heel concreet: als ik straks voor de transplantatie de deur uit ga, doe ik dat wel met de vraag in mijn hoofd of ik ooit weer terugkom.”
Toch spreken de twee er vrij nuchter over. Jasmijn: „In het begin schrok ik er meer van dan nu.” Lennart: „De ziekte wordt onderdeel van je leven. Je raakt eraan gewend.” Jasmijn: „De eerste keer dat je hoort dat de hodgkin is teruggekomen, ben je dagen van slag. Nu ga je na een telefoontje met nieuws verder met je bezigheden.” Lennart: „Bij momenten vliegt het ons wel aan. We weten ook dat we er klaar voor moeten zijn dat mijn leven hier kan eindigen.”
Ze zijn druk met de plannen voor hun nieuwe huis, waarvan ze in april de sleutel krijgen. Dat leidt af van de situatie. Al drukt het hen soms ook met de neus op de feiten. Lennart: „Het zou namelijk kunnen dat ik nooit in het nieuwe huis ga wonen.” Jasmijn: „Daar hebben we het soms wel over.” Lennart: „Maar het is niet iets wat ons leven beheerst. We hebben er een bepaalde rust over.” Jasmijn: „Dat het komt zoals het komt.” Lennart: „Waarom dit gebeurt weten we niet, maar er is er Eén Die het wel weet.”
Jasmijn: „Ons leven is heel tegenstrijdig op het moment. Dan zitten we bij de arts die ons bijpraat over de behandeling en de overlevingskansen en vervolgens ga je toch door en bijvoorbeeld voor een badkamer kijken.” Lennart: „Want we leiden ook wel weer een heel normaal leven.”
beeld: Cees van der Wal
U las een volledig artikel uit Terdege. In Terdege (nr. 6/7) nog drie andere terugblikken op 2020.