Ze droomde beslist niet van een carrière in Den Haag. Toen ze Tweede Kamerlid was, dacht ze zelfs een keer: ik stop, ik kan dit helemaal niet. Maar opgeven staat niet haar woordenboek. Dus bleef Carola Schouten (40). Sinds ruim honderd dagen is ze minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en een van de drie vicepremiers van Nederland. een terugblik.
Zwolle, woensdagmiddag 16 januari. Overal politieagenten en zenuwachtige veiligheidsbeambtes in de IJsselhallen, want de Bio-beurs, een biologische vakbeurs, wordt geopend door koningin Máxima. Enkele minuten na twee uur schrijdt de koningin de zaal binnen. Een grote, groene hoed, japon van groene zijde en een felblauwe kasjmier mantel. In haar kielzog Carola Schouten, de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Zwart, kanten jurkje, scheiding in het blonde haar, kuiltjes in de wangen en een brede glimlach. Een bijna meisjesachtige verschijning. Maar schijn bedriegt. Menig doorgewinterd politicus heeft ervaren dat Schouten niet met een kluitje in het riet te sturen is. Ze beschikt over een enorme dossierkennis, heeft een sterk plichtsbesef én kan heel vasthoudend zijn.
Na een korte toespraak gaat Schouten samen met koningin Máxima de beursvloer op. Een vol programma wacht. Even na halfvijf schuift ze aan bij een tafeltje in het restaurant van de IJsselhallen aan voor een interview met Terdege. Ze oogt een tikje vermoeider dan aan het begin van de middag. Maar zodra het over problemen bij boeren of vissers gaat, spat de expressie van haar gezicht. Subtiele gebaren onderstrepen haar woorden.
DE KABINETSONDERHANDELINGEN LIGGEN ALWEER EVEN ACHTER U. WAT IS U HET MEESTE BIJGEBLEVEN UIT DIE SPANNENDE TIJD?
„Spannend was de periode van de formatie zeker. Met name de gesprekken over medisch-ethische onderwerpen waren erg intensief. Tegelijkertijd vond ik dat wel de meest bijzondere gesprekken. Het was daar niet meer het gewone onderhandelen, jij-een-beetje-ik-een-beetje, maar we spraken daar over onze diepste motieven. Over hoe we tegen het begin en het einde van het leven aankijken. Dat was moeilijk, maar ook heel waardevol.”