Het is een thema dat vaak aan de orde komt in hulpverlening en pastoraat: vergeving. Het raakt direct aan de kern van het christelijk geloof. We bidden immers: „Vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij vergeven onze schuldenaren.” Tegelijk roept deze Bijbelse plicht in de praktijk vragen op.
Getekend is ze, voor het leven. Verlegen vertelt ze over haar traumatische jeugd. Intens was de onveiligheid waarin ze opgroeide. De dagelijkse ruzies tussen haar ouders ontnamen haar haar jeugd. En vooral moeders handen zaten vaak erg los. Nu is ze jongvolwassen en wankelt ze onder de last van haar leven. Vooral de relatie met haar moeder is ronduit negatief. Kan ze haar moeder vergeven?
Geschokt is ze, boos én enorm verdrietig. Gisteren heeft ze haar man betrapt toen hij een pornosite bekeek. Hij erkende gelijk dat het niet de eerste keer was. Al zolang ze zijn getrouwd doet hij dat regelmatig, en daarvoor ook al. Hij is enorm opgelucht dat zij het nu weet. En zij zit met heel veel vragen. Moet ze hem vergeven?
Vergeven is bijbels
Als we over vergeving nadenken vanuit het perspectief van de benadeelde partij, dan mogen we bij de Heere beginnen. Hij heeft ons mensen volmaakt geschapen, maar wij mensen kozen heel bewust voor opstand tegen Hem, voor een leven in de zonde. En toch wil Hij vergeven. Gods vergeving is een volkomen vergeving. Zoals Psalm 103 het verwoordt: „Zo ver als het oosten is van het westen, zo ver doet Hij onze overtredingen van ons.” Gods vergeving is om niet te krijgen. Maar ze is niet goedkoop, ze is verdiend met het bloed van de Heere Jezus Christus.
Gods vergeving is in de Bijbel verbonden met vergeving tussen mensen. De catechismus vat het zo samen: „Dat het ons ganse voornemen is onze naaste van harte te vergeven.”
In relaties tussen mensen kan ook de vraag naar vergeving gesteld worden. Mensen doen elkaar soms geweldig onrecht aan. Denk aan overspel, seksueel misbruik, diefstal, roddel, (kinder)- mishandeling enzovoorts. Zulk onrecht kan niet zomaar aan de kant worden geschoven. Er ligt een schuld, die de onderlinge relatie belemmert. Vergeving is nodig om ruimte te maken.
Tegelijk wordt de vraag naar vergeving soms te snel gesteld. Voor vergeving is berouw nodig. Bij berouw gaat het erom dat de dader zich realiseert wat hij of zij gedaan heeft en dat onomwonden belijdt. Toch is vergeving geen stappenplan: eerst berouw en dan pas vergeving. Sommige mensen krijgen van de Heere zo veel genade dat ze iemand kunnen vergeven, zélfs als er geen sprake is van berouw. Maar ik ben geneigd om te zeggen dat dat niet Gods gewone weg is.
In Lukas 17 zegt de Heere Jezus: „Indien een broeder tegen u zondigt, zo bestraf hem.” Wij zouden verwachten dat Hij zou zeggen: „Vergeef hem!” Maar dat staat er niet. Deze woorden van de Heere Jezus veronderstellen gesprek, een dialoog. Het onrecht moet niet ‘zomaar’ vergeven worden, maar er moet gepraat worden. De Heere is een gaarne vergevend God, maar Hij vraagt ons niet om ‘zomaar’ over het onrecht heen te stappen. Er zijn dus allerlei reacties die wel liefdevol lijken, maar het helemaal niet zijn. Er maar over zwijgen, wegstoppen, direct vergeven, zelf de schuld op je nemen, met de mantel der liefde bedekken. Maar dat is niet de bedoeling. De Heere Jezus zegt: Als iemand tegen je zondigt: stap op hem af en doe je mond open! Dan doen we onszelf recht én we helpen de ander.
Niet vergeven heeft een prijs
Vergeving richt zich niet alleen op de dader van onrecht. Ook het slachtoffer heeft er baat bij om te kúnnen vergeven. Vergeven betekent: loslaten.
Een christen moet wel bereid zijn om te vergeven. Het gevaar is aanwezig dat het onrecht dat anderen ons aandoen, een struikelblok gaat vormen in ons eigen leven. De schrijver van de Hebreeënbrief spreekt over een wortel van bitterheid die in ons hart kan uitspruiten. Onrecht leidt soms helaas tot wrok en bitterheid bij slachtoffers. Dan ontbreekt de gezindheid om te vergeven. Dan schiet het onrecht wortel, dan verzuurt het ons leven.
Iemand die groot onrecht is aangedaan, heeft soms tijd nodig. Tijd om de schade onder ogen te zien. Tijd om ingrijpende gebeurtenissen een plaats te geven. Vergeving mag nooit onder druk geclaimd worden. Wie een ander onrecht heeft aangedaan, mag er ook op worden aangesproken dat vergeving vrágen niet altijd direct gevolgd kan worden door vergeving ontvángen. Ook als er ruimte is voor vergeving, blijven er soms littekens. Wonden moeten helen, en sommige wonden gaan nooit weg. Vaak is ook hulpverlening nodig om een proces van heling te begeleiden.
Niet altijd kan vergeven worden
Soms kan er niet (meer) worden vergeven. Omdat er geen berouw is. Omdat er geen vergevingsgezindheid is. Omdat een dader al is overleden. Dan is de weg tot vergeving geblokkeerd. Sommige zaken zijn té groot om te vergeven. In de wetten die de Heere aan Israël gaf, moesten moord en sommige seksuele zonden leiden tot de doodstraf. Dan kwam het niet tot vergeving, maar moest de schuld worden gestraft met een straf die onomkeerbaar was. We mogen elkaar nooit dwingend een eis tot vergeving opleggen. Daarvoor is het onrecht soms té groot.
Vergeven vraagt moed
Het is bijzonder als er vergeven kán worden. Wat is dat bevrijdend! Dat vraagt moed. Van een dader om zijn of haar schuld onder ogen te zien en ermee voor de dag te komen. Van het slachtoffer om, ondanks alle onrecht, toch vergevingsgezind te zijn. Vergeving is genade. Ten diepste kan vergeving alleen geleerd worden van de Heere.
Het is zoals bij een kind dat leert schrijven. Het lijkt heel wat als je je eerste letters schrijft. Maar als je dan die prachtige letters van de juf op het schoolbord ziet, dan lijkt je eigen gekras nergens naar. En dan gebeurt het weleens dat de juf achter zo’n kind komt staan, en zegt: „Ik help je wel.” Ze legt haar hand over die kinderhand heen en samen maken ze de mooiste letters. Zo is de Heere. Zo wil Hij ons helpen om te doen wat Hij beveelt.
Om verder te lezen
Meer weten over het onderwerp?
Drie boekentips:
- Vergeven, dat gaat zomaar niet, door ds. A. Schreuder
- Altijd vergeven? door Nico van der Voet
- Schuld en vergeving, door P. Eikelboom
Erik-Jan Verbruggen is maatschappelijk werker en regiomanager bij stichting De Vluchtheuvel.
Beeld: Sjaak Verboom