In ons land gelden duizenden rechtsregels. Sommige zijn van morele aard, zoals het ”gij zult niet doodslaan”. Andere, zoals de verkeersregels, zijn als zodanig betrekkelijk willekeurig. We hadden er niet voor hoeven te kiezen fietsers van rechts voorrang te geven. Elke regel goed naleven wil echter niet altijd zeggen dat we naar ‘recht’ handelen. In de toeslagenaffaire werden de regels stipt nageleefd, een kleine fout in de opgave van het inkomen had echter als consequentie dat de hele uitkering moest worden terugbetaald. ”Lex dura sed lex”, noemden de Romeinen dat: de wet is hard, maar het is nu eenmaal de wet. Afspraak is afspraak, een algemeen rechtsbeginsel, al sinds Bijbelse tijden: laat uw ja, ja zijn en uw neen, neen. „Betaal mij, wat gij schuldig zijt!” Nee, zegt de meester, „behoordet gij u niet ook over uw mededienstknecht te ontfermen, gelijk ik ook mij over u ontfermd heb?” In de Bijbel is er een diepere dimensie, zowel in de Tora en in de boeken van de profeten als in het onderwijs van de Heere Jezus en Zijn apostelen. De wet moet een menselijk gezicht hebben, zo is wel gezegd. Daarom is bijvoorbeeld ook in het Burgerlijk Wetboek geregeld dat de rechter van afspraken mag afwijken als er sprake is onvoorziene omstandigheden. Dat mag als die omstandigheden van dien aard zijn dat de wederpartij naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde instandhouding van de afspraak niet kan verwachten. De Heere Jezus gaat echter nog vele stappen verder in de Bergrede. Hij lijkt het recht in feite af te schaffen! Vijanden liefhebben? De andere wang, zeventigmaal zevenmaal? Niet alleen het onderkleed, maar ook het bovenkleed? Nee, het recht afschaffen wil de Heere Jezus niet. Het is maar dat we zien dat het recht niet in staat is de verhouding tot de naaste zo te regelen als God het wil, het is slechts een noodverordening in een gevallen wereld (ds. Thielicke). Zijn liefdesgebod tot de naaste reikt tot veel meer dan wat in de wereld haalbaar is. Het helpt ons in ons handelen echter wel als ons leven getekend is door de wetenschap dat God ons zelf steeds naar die maatstaf in vergevende liefde tegemoet treedt. Nu is ons kennen nog beperkt, maar straks zal ik (de ander) volledig kennen, zoals ik ook zelf gekend ben. Geloof, hoop en liefde, deze drie, maar de meeste van deze is de liefde. _Dirk Vergunst, echtgenoot, vader, opa, en rechter in Gelderland._