Kinderen opvoeden is hen laten opgroeien tot zelfstandige mensen. Daarmee is opvoeden ook loslaten, al vanaf het prilste begin. En dat loslaten is soms best moeilijk.
Zo, dan mag je hier de schaar in zetten”, zei de gynaecoloog tegen de kersverse vader. Hij bedankte voor de eer. En aan moeder ontging de symboliek van het doorknippen van de navelstreng. Hoezo losmaken. Dit kind hoorde toch bij hen?
Voor altijd verbonden went snel genoeg. De realiteit van het beetje bij beetje los moeten laten, vergt een leven lang leren. Als moeder moet je iedere keer weer even slikken. De vraag waaraan je het te danken hebt dat je niet mee hoeft naar de stad een halt toeroepen. Jezelf toespreken dat je met al je goede zorgen en bedoelingen toch een pas op de plaats moet maken.
Kinderen zijn niet ons eigendom. We hebben hen ‘te leen’ gekregen om op te voeden tot Gods eer. Dat komt prachtig naar voren in de geschiedenis van Samuël. Hanna bidt om een zoon en belooft daarbij dat het een kind voor de Heere zal zijn. Als het jongetje 3 jaar is, brengt ze dit kind, waar ze zo vurig naar had verlangd, naar de tempel om hem daar achter te laten. In een omgeving waar je je kind eigenlijk niet wilt zien opgroeien. Al heel vroeg laat zij Samuël los door hem over te geven in de handen van God. Tegelijkertijd blijft Hanna aan hem verbonden. Zo zorgt ze er ieder jaar voor dat hij nieuwe kleding krijgt.