Astrid Ruissen: SGP-vrouw met een eigen tractor

Astrid Ruissen: SGP-vrouw met een eigen tractor

Astrid Ruisen -_ceesvdwal_53

Het takenpakket van Astrid Ruissen vraagt om een strakke planning. Naast echtgenote en moeder van twee jonge kinderen is ze fractiemedewerker van de SGP in de Provinciale Staten van Zeeland, en boerin. Moet ze ooit een keuze maken tussen die twee, dan wordt het de klei.

De fraaie vrijstaande woning buiten Waarde is omgeven door boomgaarden. Daarbuiten heeft de wind vrij spel in de vlakke zak van Zuid-Beveland. Astrid Ruissen-Molendijk (30) geniet er nog altijd van. Zo nodig kan ze zich prima behelpen in de stad, maar haar hart ligt bij het platteland. „Toen ik gisteren met onze hond een rondje over het land liep, zag ik dat de eerste knoppen uitkwamen. Prachtig!”

Fruitbomen zijn haar niet vreemd. Vader Molendijk verdient sinds zijn zeventiende jaar de kost als werknemer bij een van de grootste fruittelers in de regio. Ook de kinderen leerden al vroeg met hun handen werken. „Ik ben de oudste van drie; onder me komen een broer en een zus. We zijn echte doeners.”

Op het Calvijn College in Goes werd duidelijk dat de leerlinge uit Krabbendijke ook over een prima verstand beschikt. Soepel doorliep ze het vwo, met het ideaal daarna een sportopleiding te gaan volgen en gymlerares te worden. „Ik was als kind al heel sportief. Poppen en make-up waren aan mij niet besteed. Ik ging liever met buurjongens soldaatje spelen of voetballen.”

De toelatingstesten bij verschillende sportacademies kwam ze zonder problemen door. Ze koos voor de opleiding in Tilburg. Na twee maanden had ze het daar al gezien. „Er heerste een machocultuur waar ik me als eenvoudige nuchtere Zeeuwse niet prettig bij voelde. Het werken met kinderen was ook niet zo mijn ding, ontdekte ik.”

Lopende band

De rest van het jaar maakte ze vol bij Van den Berge in Kruiningen, een handelsonderneming voor landbouwgewassen. „Aan de lopende band stond ik uien te sorteren. ’s Morgens om zes uur beginnen en ’s middags om half zes klaar. Daar heb ik Johnny leren kennen. Die is onderhoudsmonteur bij Van den Berge.” Na wat grasduinen in mogelijke opleidingen koos ze voor bestuurskunde, in Leiden. De overgang van Krabbendijke naar de elitaire stad ervoer ze niet als schokkend. „Ik heb reformatorisch basisonderwijs en middelbaar onderwijs gevolgd, maar als tiener keek ik graag over grenzen. Ik was een behoorlijk dwarse puber. Als vijftienjarige werd ik lid van het voetbalteam voor vrouwen van VV Krabbendijke. Daar maakte ik kennis met mensen van buiten mijn eigen wereldje. Mijn ouders vonden het niet zo leuk, maar dwars als ik was, deed ik het toch. Voetballen was mijn grootste hobby.”

Het bezoek aan studentenhuizen in Leiden leerde de Zeeuwse studente dat ze daar niet paste. „Je moest je zo gezellig mogelijk voordoen en je zo fruitig mogelijk kleden om er te mogen wonen. Het was me te veel een vleeskeuring. Ik ben bij een oudere vrouw in de kost gegaan en werd ook geen lid van een studentenvereniging. Op woensdag had ik een vrije dag, dus dinsdagmiddag reisde ik met de trein terug naar Zeeland. Woensdag stond ik gezellig aan de lopende band, om uien te sorteren en mijn vriend te zien. Zaterdag opnieuw. Tussendoor moest ik ook nog voetballen, dus m’n weken waren behoorlijk gevuld.”

Lees het hele artikel in Terdege (nr. 17, 9 mei 2023).

beeld: Cees van der Wal

Lees verder

Lees het hele artikel in Terdege. Nog geen abonnee?

Terdege-portfolio-nummer-12

Auteur

Huib de Vries

Volg ons lifestyle platform op instagram.