2019 heet het jaar van Rembrandt en de gouden eeuw. Delft wil toeristen lokken met klinkende namen: Johannes Vermeer, Anthoni van Leeuwenhoek, Hugo de Groot, Maarten Tromp. Toch ontkomt een stad met een verleden dat rijker is dan alleen de gouden eeuw niet aan het noemen van bijvoorbeeld Willem van Oranje. En ook de gebeurtenissen in de Franse tijd lieten hun sporen na in de grootste godsgebouwen van de stad.
Gids Klaas Huizinga trekt zich ook niet zo veel aan van een term als ”Het jaar van”. De gewezen schoolmeester begint zijn tijdreis liever in de 12e eeuw. In 1150 delfde een groepje mensen een gracht tussen de Vliet en de Schie. Die waterloop was het begin van de stad Delft. Naast de vers gegraven gracht stond een tufstenen kerkje dat toen al honderd jaar oud was. De Bartholomeuskerk breidde tot de Tachtigjarige Oorlog flink uit. Van een eenvoudig gebouwtje werd het een linke hallenkerk, precies tussen de Oude en Nieuwe Delften ingeklemd.