Laptop gestolen (deel 3): Zes politiehoofden

Laptop gestolen (deel 3): Zes politiehoofden

GettyImages-1289191326-52103

Moeizaam doe ik mijn ogen open. Waarom maakt iedereen zo'n lawaai? Ik knipper een paar keer om scherp te stellen. Verbaasd zie ik zes politiehoofden boven me. Ik snap het niet.

“Hij is weer bij!”, zegt een hoofd. “Gaat het goed?” Ik knik. Au! Ik probeer te gaan zitten. “Nein, nein”, zegt de agent. “Blijf maar liggen. Wij zorgen voor je. Heb je het warm?”

“Ja”, zeg ik flauwtjes. “We brengen je naar het bureau.” 2 agenten slaan een arm om me heen, dan zak ik weer weg.

“Een defi! Haal een defi!” In de verte hoor ik stemmen. Langzaam kom ik weer bij. Een defi? Voor mij? Ik doe mijn ogen open. Ik lig op een paar dekens. Nog steeds zoveel mensen in uniform om me heen. Alles is nat van het zweet.

“Weet je waar je bent?”, vraagt de politieagent met zijn hand op mijn pols. Mijn ogen stellen scherp op het prikbord tegenover. Wel dertig mannen staren me aan. “Fahndungen” (opsporing, red.), staat er met koeienletters boven. Tweevoudig moordenaar, schuldig aan drie roofovervallen, verdacht van doodslag. Beetje bij beetje schiet het mee weer te binnen. Laptop, politie, duizelig.

“Je bent zojuist twee keer bij ons hier op het politiebureau flauwgevallen. De ambulance is onderweg.” Een nogal ongewenste traan rolt uit mijn oog. Wat een narigheid.

“Het komt goed. We zorgen hier goed voor je”, zegt de man geruststellend. De andere vijf hoofden boven me knikken.

“Vertel eens, is Jos niet een Nederlandse naam?” Ik ga in op de afleidingsmanouvre en vertel met mijn ogen gesloten over de verhuizing een jaar of negen geleden.

Een loeiende sirene komt de straat ingereden. Daar zijn ze. De politieagenten dragen me over aan de ambulancebroeders, die me afvoeren naar het ziekenhuis.

Het blijkt niets ernstigs te zijn. Mijn bloedsomloop lijkt de hitte niet zo best te hebben aangekund. 's Avonds, als ik weer thuis ben en niks meer mankeer, op een lichte hersenschudding na, maakt de oververhitting plaats voor nieuwsgierigheid. Nu heb ik nog steeds geen antwoord op mijn vraag. Gelukkig word ik de volgende ochtend vroeg gebeld. Het is de jonge politieagente. “Gaat het weer goed met jou? Ik bel nog even, om je vraag te beantwoorden. De IT-afdeling van ons bureau gaat ernaar kijken!”

Jos, bekend van het vervolgverhaal Jenthe in Terdege, blogt vanuit Oostenrijk.

Auteur

Volg ons lifestyle platform op instagram.