En toen kwam ook hier het virus het huis binnen. Het doet een heel rondje familie dus de uitslag was geen verrassing. Wat een dilemma’s dan ineens.
Het is donderdag dus schipper is gewoon aan het varen. Ooit riepen we: "Als het komt gaan we gewoon met z’n allen naar boord." Dat is ons veilige knusse plekje, en zo zouden we dan toch bij elkaar zijn. Want aan boord zit je automatisch een beetje in quarantaine.
Maar nu ‘ooit’ is gekomen liggen de kaarten anders. Want het is stiekem toch wel heerlijk dat de meisjes een paar keer op een dag even een frisse neus in de tuin halen. Les wordt er gevolgd via Teams, dus het ritme in de schooldag blijft. Dat is fijn. Dus roept deze mama tegen de tijd dat het pauze is: "Ja, jassen aan, schoenen aan en naar buiten!" Het is bijzonder om te zien hoe makkelijk kinderen zich dan aanpassen en zich heerlijk vermaken in de achtertuin. Er wordt geschommeld, blaadjes geraapt, constructies gemaakt met springtouw en een skateboard. Wat een zegen dat we tot nu toe zulk prachtig weer hebben! En die achtertuin is precies wel een beetje wat we missen op ons kleine scheepje. En de kleine ruimte daar voelt voor de één knus, voor de ander voelt het benauwend.
Voorlopig blijven we dus maar thuis. Maar ja, en schipper dan? Ga je ‘gezond’ naar huis komen als je ook thuis bent aan boord? Ga je het dan opzoeken? Mijn hart roept natuurlijk dat hij zo snel mogelijk naar huis moet komen. Want eerlijk is eerlijk. Taai is het wel in je eentje. Maar even relativeren helpt altijd. Hij zit aan de andere kant van de telefoon. Dus hoe dichtbij wil je hem hebben. Er zijn zoveel moeders die het echt alleen moeten doen. Kwestie van altijd weer zoeken naar het gouden randje aan de grijze wolk.
We besluiten dat zolang het een beetje gaat en ik niet heel erg ziek word, hij aan boord blijft. Slik. Het is even niet anders. Als ik ‘s morgens wakker word na een lange nacht draaien, woelen en zweten, zit er een merel in de boom achter het huis. Met zijn hoogste lied brengt hij lof aan zijn Schepper in de stille morgen. En heel even voelt het alsof die merel gestuurd is. Want die Schepper weet precies van alle bezorgde gedachten in het hoofd. Van het opzien tegen een stil weekend. En als het zo blijft, volgend weekend weer. Gestuurd als bemoediging. Kijk maar niet naar beneden. Kijk naar Boven. Elke dag geeft Hij genoeg. Niet te ver vooruit denken. Hij zorgt voor de vogels en laat hen zingen tot Zijn Eer. En juist door het loflied van die kleine vogel maakt Hij mijn onrustige hart stil.