Rijke stinkerd - Terdege

Rijke stinkerd

Tonja

Tonja Versluis-Markestein is getrouwd, moeder van drie kinderen en werkzaam als kinderverpleegkundige en als ZZP'er in de kinderthuiszorg.

Zodra ik de deur van de kamer van ‘mijn’ patiënt open, word ik hartelijk verwelkomd door de geur van iets wat begint met een p. Mijn neus vertelt me dat het darmstelsel van deze peuter heeft moeten capituleren voor de genadeloze invasie van het rotavirus. Ik sjor me in een isolatieschort, en voor ik handschoenen om mijn vingers peuter, knoop ik een mondmasker om mijn gezicht.

Als ik in vol tenue strijdlustig aantreed, hoor ik de moeder vanachter het hoogspijlenbed al een verontschuldigende speech opvoeren. Haar ernstig bevuilde peuter klemt zich angstig tegen haar aan. Er klinkt een zwak gejammer, dat belemmerd wordt door snottebellen.

Waar zal ik beginnen? Bijna alles zit onder de ontlasting. Ik heb schone kleertjes nodig voor dit kleine schatje. De logeertas zit overvol. Met vuile was!

Isolatiejas uit, mondmasker af, schort uit, alles in de prullenbak. Handen wassen, alcohol, even wapperen en dan richting de linnenkast op de gang. Bij terugkomst weer het ritueel om me te wapenen tegen besmetting.

Een halfuur later ligt er een schone peuter te slapen in een schoon bed. De waszak zit overvol en de scherpe kantjes van de rotageur zijn verbloemd door Zwitsaldampen. Even later buig ik me in een andere ruimte fronsend over zijn zorgelijke vochtbalans. Dan word ik opgeschrikt uit mijn gepeins. De pieper gaat. Dezelfde kamer als zojuist.

Handen wassen, isolatiejas aan... daar gaan we weer. En na een tijdje ligt het manneke weer op en onder een schoon laken. Net wanneer ik me omgedraaid heb, hoor ik achter me harder braken dan een lijfje van 2 jaar aankan. Wanhopig grijp ik naar mijn hoofd. Binnen negentig seconden bedenk ik een strategisch plan hoe ik dit ga aanpakken.

Twee verpakkingen isolatiejassen, minstens tien mondmaskers, dertig handschoenen en twee ontvelde handen later ligt het ventje er al een stuk beter bij. Het lijkt erop dat hij met hulp van de nodige interventies voorzichtig de bocht heeft genomen. Zijn diepliggende ogen staan nog dof, maar om zijn mond zie ik de zweem van een glimlach, die nog ietsjes breder wordt als ik dichterbij kom.

Wat ben ik toch een rijke stinkerd, bedenk ik me. Dat ik mijn geld mag verdienen met de zorg voor zo’n heerlijk kind.

Volg ons lifestyle platform op instagram.