Wat als je kind geen fan van lezen is? Hoe stimuleer je hem of haar toch af en toe naar een boek te grijpen? De ervaringen van een moeder.
Ze wil niet. Ze wil echt niet. Onze dochter zit in groep 4 en heeft vorig jaar leren lezen. Maar haar leesniveau loopt achter bij het gemiddelde van de klas, en het is de bedoeling dat we als ouders er thuis zo hard mogelijk aan trekken. We krijgen mailtjes en briefjes. We worden er bij ouderavonden op aangesproken. Want lezen is natuurlijk heel belangrijk, dat erkennen we volmondig. Maar ja, leesenthousiasme kun je een kind moeilijk aanpraten, is onze ervaring.
Als ze beter gaat lezen, gaat ze het ook leuker vinden, zegt de juf. Maar inmiddels zijn we een jaar verder en leuk vindt ze het nog altijd niet.
Gek eigenlijk dat ze niet van lezen houdt. Als kind deed ik niets liever dan met mijn neus in de boeken zitten. Ik weet nog dat ik in groep 3 voor het eerst naar de schoolbibliotheek mocht om er boekjes uit te zoeken. Wat was ik trots op de exemplaren die ik mee naar huis mocht nemen. Ik verslond ze. En dat is nooit meer opgehouden. Een goed verhaal is me veel waard.
We geven onze leesliefde graag mee aan onze kinderen. En dus lezen we thuis voor. Luisteren we bij een lange rit in de auto naar de interessantste luisterboeken. En proberen we ze spelenderwijs al voor groep 3 wat letters en woorden te leren.
Maar wat blijkt? Het ene kind is daar veel ontvankelijker voor dan het andere. Onze oudste dochter interesseert het niets. Voorlezen is prima. Een luisterboek hoort ze graag. Maar zelf lezen? Een Donald Duckje wekt al nauwelijks enthousiasme op.
Toen bleek dat ze het wel leuk vond om ons voor te lezen uit de kinderbijbel „want dat zijn mooie verhalen”, grepen we dat natuurlijk met beide handen aan. Dubbele winst: ze steekt er ook nog eens meer van op, want het wiebelen aan tafel gedurende het Bijbel lezen is gestopt.
Ook een trigger: de school bleek na de zomervakantie een prachtig dierenboek cadeau te geven aan leerlingen die in de zomer meer dan vier boeken gelezen hadden. „Hoeveel heb ik er dan gelezen, mam? Toch wel meer dan vier hè? Want ik heb twee hele kinderbijbels uit.” Zo is al dat geduw en getrek aan haar om toch vooral te blijven lezen in de zomervakantie toch nog ergens goed voor geweest.
Nog een werkzame: ze mag als ze vroeg op bed ligt nog even onder de dekens lezen, uiterlijk tot 8 uur. Dat helpt. Zeker nu de avonden donker worden en ze dus een zaklampje nodig heeft om de bladzijden te kunnen zien. Het grote licht doen we namelijk niet aan, dan blijft haar zusje ook wakker. En met zo’n zaklampje onder de dekens liggen is natuurlijk veel spannender.
En tot slot: het voorlezen aan haar zusje vindt ze af en toe ook best grappig. Want ja, die hangt toch wel aan haar lippen, of ze nou struikelt over sommige woorden of niet.
Lees het hele artikel in Terdege (nr. 2, 13 oktober 2021).
beeld: Marthe Roukens
Lees verder
