Zij is leerkracht, hij gemeenteraadslid. Op Urk. Toch reiken de ambities van Willemijn en Nathanaël Middelkoop verder. Nathanaël: ”Voor mijn 40e wil ik wethouder of burgemeester zijn."
Zand, plassen, hekken en bouwkranen. De nieuwbouwwijk aan de rand van Urk draagt de sporen van een buurt in wording. Het ”Vorstelijk wonen in de Oranjewijk” laat nog wel even op zich wachten. Bordjes met namen van de leden van het Koninklijk Huis zijn er al wel. Aan de Wilhelminalaan wordt vanuit huize Middelkoop net het tafelkleed uitgeschud. De ontbijtboel is aan de kant, de koffie kan op tafel.
Willemijn (23) en Nathanaël (26) Middelkoop wonen hier nog maar pas. „Op de voormalige zeebodem.” Op 11 oktober 2019 zijn ze getrouwd. „Fantastische dag. Het goot van de regen, maar we hebben er met z’n allen wat moois van gemaakt.” Letterlijk.
Vriend Pieter Verhoeve, burgemeester van Gouda, fungeerde als ambtenaar van de burgerlijke stand, de vader van Willemijn overhandigde de trouwbijbel aan het kersverse echtpaar en de vader van Nathanaël, ds.W.N.Middelkoop, predikant van de christelijke gereformeerde kerk in Harderwijk, leidde de trouwdienst.
Beroep
Als domineeszoon verkaste Nathanaël in 2006 met zijn vader en de rest van het gezin van Rijnsburg naar Urk.
„Ik vond het verschrikkelijk dat mijn vader het beroep naar de Ichthusgemeente aannam. Zo’n klein dorp waar ze dialect spreken, ik moest er aanvankelijk weinig van hebben. Ik weet nog dat hij het net voor de jaarwisseling aan ons vertelde. Mijn oud en nieuw was behoorlijk verknoeid, terwijl dit normaal gesproken dagen waren waarnaar ik uitkeek.”
Dominee Middelkoop verliet Urk in 2018, zoonlief bleef achter. Nu zijn de Middelkoopjes Urker onder de Urkers. Al wonen ze dichter bij Tollebeek dan bij de oude dorpskern van het voormalige eiland. Ze spreken dialect, eten tussen de middag warm en halen graag een ”bekkien” bij vrienden. Eén ding doen ze niet, want dat is iets waar Nathanaël maar niet aan kan wennen. „Urkers houden hun jas aan op een verjaardag. Schoenen uit en jas aan.”
Dé Willemijn
Zij –meisjesnaam De Munnik– is dé Willemijn. In talloze reformatorische huiskamers kent men haar stem. Het lieve meisje in klederdracht, zingend op schilderachtige plekjes in Urk, was razend populair. „Het was een intensieve periode. Al mijn vrije tijd ging daarin zitten.” Willemijn zag het als een hobby. „De een zit op hockey, de ander zingt. Al vond ik het wel gek dat zo veel mensen op een Wegwijsbeurs naar mij kwamen luisteren. Die zijn allemaal knettergek, dacht ik dan.”
Tegen het stereotiepe beeld van het klederdrachtmeisje heeft ze als jongvolwassene moeten vechten. Ook toen ze in Gouda ging studeren aan de pabo van Driestar hogeschool. „Medestudenten hadden het beeld van een arrogant iemand die denkt dat ze alles is. Gelukkig had ik het basisjaar aan de Evangelische Hogeschool gedaan, waar je gaat ontdekken wie je bent. Ik ben veel meer dan dat schattige, zingende meisje.”
Vorming en gezelligheid zijn woorden die haar Driestarjaren typeren. „Je mag verschillend over dingen denken. Een eigen mening vormen; niet zo maar klakkeloos volgen wat een dominee of een oude opa zegt. Traditie is goed, maar je mag je als mens, als persoon ook eigen maken in de traditie. Dat brokje identiteit heb ik zeker meegenomen.” En zingen deed ze ook in Gouda. „Zeker. ”Once in Royal David’s City” al aanzwellend van achter uit de Sint-Jan. Mooi toch?”
Hij zingt ook, op het mannenkoor Soli Deo Gloria, en heeft jarenlang cornet gespeeld in de plaatselijk brassband Valerius. Eind december hadden ze samen een uitvoering tijdens een eindejaarsconcert in De Doelen. „Heerlijk om dan samen op het podium te staan en onze muzikale passie te kunnen delen.” Muziek bracht hen bij elkaar. Nathanaël: „Als Willemijn op de havo voor haar profielwerkstuk over de ”Matthäus Passion” een 8 of hoger zou halen, trakteerde ik haar. Als het lager zou zijn trakteerde zij mij. Ik verloor de weddenschap en leerde voor het eerst dat het soms verstandiger is Willemijn gewoon gelijk te geven. Een etentje bij Van der Valk in Emmeloord volgde en van het een kwam het ander.”
Vissers
Willemijn staat als juf voor groep 1/2 van de Prinses Beatrixschool. Ze heeft twintig kinderen in de klas. „Heerlijk. Kleuters zijn heel ontvankelijk.” Natuurlijk maakt ze muziek met hen. „Ooit heb ik erover gedacht om naar het conservatorium te gaan en toch iets met muziek te doen. Maar de zekerheid van een vaste baan is heel prettig. Al zeg ik nooit nooit.”
Nathanaël is beleidsmedewerker bij VisNed, de grootste Nederlandse belangenbehartiger voor de kottervisserij. De sector bevindt zich in onstuimig weer. „Vissers zijn het vertrouwen in de overheid kwijt. Door het verbod op de pulsvisserij, de Brexit, de onwerkbare aanlandplicht en allerlei andere ongunstige maatregelen vanuit Den Haag en Brussel. Het is een complex schaakveld waarin ik graag een brugfunctie wil vervullen. De belangen van de vissers moeten worden verdedigd als zij zelf op zee zijn.”
Het steekt hem als hij ziet hoe vissers in hun broodwinning worden belemmerd. „Ze zitten in de hoek waar de klappen vallen. En dat door instanties die worden gefinancierd vanuit bijvoorbeeld de Postcode Loterij of vanuit Amerika. Het verlies van de puls heeft me veel gedaan. Het is voor vissers niet alleen maar: oud tuig eraf en nieuw erop. Het is gewoon niet rechtvaardig dat de deur van innovatie en duurzaamheid zo hard is dichtgeslagen.” De ”puurheid en ruwheid” van de sector heeft zijn hart. „Vissers zijn gebaat bij een gezonde Noordzee.”
Zeebenen heeft hij niet. „Eén dag ben ik mee geweest met een kotter de Noordzee op. Het ging aan dek goed, totdat ik naar binnen ging. Toen was ik volledig mijn oriëntatie kwijt.”
SGP-fractie
Twee jaar zit Nathanaël Middelkoop inmiddels voor de SGP in de gemeenteraad van Urk. De SGP bezet drie van de negentien zetels en heeft een wethouder in het vissersdorp. De lokale partij kent een bewogen geschiedenis. In 2007 werd een raadslid met een veroordeling vanwege visfraude uit de SGP-fractie gezet. Hij startte een eigen partij: Hart voor Urk. Bij de volgende verkiezingen werd Hart voor Urk groter dan de SGP.
De Urker Gereformeerde Partij werd in 2016 opgericht door twee toenmalige SGP-raadsleden, Jan Hakvoort en Willard Woord. Aanleiding was een conflict binnen de SGP over het inzage verlenen in privémail wegens een onderzoek naar lekken van informatie. De grap ging dat Urk drie ”SGP’s” kende. Of dat ooit weer bij elkaar komt? „Geef het de tijd. We zitten inmiddels ook al voor de derde periode met Hart voor Urk in de coalitie. Laten we over vijf tot tien jaar weer eens kijken. Maar er is maar één echte SGPkiesvereniging en SGP-fractie op Urk.”
Jongerenprobleem
Urk is geen eiland meer. Het vissersdorp met 21.000 inwoners kent een uitzonderlijk jonge bevolking. Drank, drugs, scheidingen, eenoudergezinnen; het gaat de christelijke gemeenschap niet voorbij. „Problemen zijn ook hier, alleen vaak wat later dan in de rest van Nederland. De individualisering slaat om zich heen. Als ”ik” het maar leuk en goed heb. Het gaat ook de kerk niet voorbij. Alles moet kunnen. Eenheid zoeken binnen in ons geval de christelijke gereformeerde kerk betekent niet dat je poeslief voor elkaar bent. Als je echt van iemand houdt ben je uit op het welbevinden en geluk van de ander. Net als in een huwelijk.”
„Urkers zijn authentiek, redelijk ongecompliceerd, conservatief en emotiemensen. Ze reageren primair. Dat we hier een jongerenprobleem met drank en soms drugs hebben, staat buiten kijf. Het drinken van alcohol is verweven met de cultuur; het wordt niet gezien als iets wat pertinent fout is. Het begint al in de kinderwagen, waar peuters een speen gedoopt in een advocaatje in de mond krijgen.” Middelkoop zag Urk veranderen.
„Als jongetje kwam ik hier in 2006 binnen, in de kerk van mijn vader. Toen ongeveer 700 leden; nu telt de Ichthusgemeente meer dan 1700 zielen. Deels door aanwas vanuit andere gemeenten, maar ook doordat er veel kinderen worden geboren. Een zegen van God. Er is heel veel werk te verzetten.”
Jongensdroom
Bij de verkiezingen voor het Europees Parlement van mei 2019 stond Middelkoop als jong broekie op de kieslijst van de ChristenUnie-SGP. Hij voerde fanatiek campagne. „Politiek is wel zijn ding”, zegt Willemijn. Zijn jongensdroom is –Nathanaël zegt het eerlijk– een blauwe zetel in de Tweede Kamer. „Als dominee heb je een roeping, als politicus een ideaal. Ik ben iemand die de kloof tussen christenen en niet-christenen probeert te overbruggen. Waarom denken en doen we zoals we doen? Een predikant heeft een woord voor de wereld, politici hebben waarde voor de wereld. Het gedachtegoed van de SGP wil ik in de politiek graag verder brengen. Voor nu is het raadswerk een prima leerschool. Voor later misschien Den Haag. Ik zit graag aan de knoppen.”
De ambities liggen dus buiten de Bult, zoals het oude eiland Urk ook wel wordt genoemd. Mocht het er werkelijk van komen, en als dat een verhuizing van Urk naar bijvoorbeeld de Randstad zou betekenen, dan is dat voor Willemijn geen probleem. „Voorlopig zitten we op Urk en hebben we het hier heel erg naar ons zin. Urk is ons thuis. Maar de rest van Nederland lonkt.” Nathanaël: „Voor mijn 40e wil ik wethouder of burgemeester zijn.”
Zoals zijn vriend Pieter Verhoeve, die na zes jaar Oudewater nu burgervader in Gouda is. „De veelzijdigheid van het burgemeestersambt spreekt me enorm aan. Je bent er echt voor de hele bevolking. Tijdens rouw en trouw, bij hoogte- en dieptepunten. De burgemeester is het gezicht van de gemeente.”
Laat er nou in zijn eigen woonplaats een vacature zijn sinds burgemeester Pieter van Maaren de gemeente Urk inruilde voor Zaltbommel. Nathanaël: „Burgemeester op Urk worden zou niet verstandig zijn. Daarvoor ben ik te veel Urker.” Zijn vrouw glimlacht. „En bovendien de zuun van de domenai.”
Beeld: Renate Bleijenberg-van Leeuwen